Het wetsvoorstel Regulering prostitutie en bestrijding misstanden seksbranche (Wrp) ligt sinds 29 maart 2011 voor in de Eerste Kamer. Het wetsvoorstel is aangehouden in afwachting van een novelle.
Naar aanleiding van de aanvaarding van de motie-Strik c.s. (Kamerstuk 32 211, nr. L) is op 5 maart 2014 genoemde novelle ingediend bij de Tweede Kamer waarmee de bepalingen over de registratieplicht voor prostituees en de vergewisplicht van de klant uit het wetsvoorstel zouden worden geschrapt.
Zowel het oorspronkelijke wetsvoorstel als de novelle stellen een aantal jaar na inwerkingtreding een evaluatie van de wet voor.
Met het oog op de evaluatie is het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC) gevraagd voorafgaand aan de inwerkingtreding een nulmeting uit te voeren.
Deze nulmeting is inmiddels uitgevoerd. De nulmeting schetst een breed beeld van de prostitutiesector in Nederland, anno 2014 waarbij is gebleken dat de prostitutiebranche in meerdere opzichten verbeterd is ten opzichte van de situatie in 2006. Toch zijn verdere maatregelen nodig om een branche te creëren waar prostituees op een veilige en gezonde manier hun beroep kunnen uitoefenen en om de branche nog beter te reguleren. De Wrp is ook volgens de onderzoeken daarbij een noodzakelijke stap. Met een uniform kader in de hand kunnen gemeenten en het Rijk in gezamenlijkheid beter verder werken aan de aanpak van misstanden.
Voornoemde nulmeting bestaat uit een overkoepelend rapport «Prostitutie in Nederland anno 2014» en drie deelrapporten: «Prostitutie in Nederlandse gemeenten», «Sekswerkers aan het woord» en «Verboden rood in beeld». Tezamen vormen deze vier rapporten de nulmeting Wrp.
Tijdens de plenaire behandeling van het wetsvoorstel regulering prostitutie en bestrijding misstanden seksbranche in de Eerste Kamer is de regering met de hiervoor reeds genoemde motie-Strik c.s. (32 211, L) ook verzocht door middel van een novelle te voorzien in splitsing van genoemd wetsvoorstel, waardoor de invoering van de uniforme vergunningplicht voortvarend ter hand kan worden genomen.
Na indiening van deze novelle (33 885) en het uitbrengen van het verslag op 16 april 2014 heeft de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie op 24 maart 2015 besloten om, tegen de achtergrond van de toen aankomende Kamerwisseling en een ordentelijke planning van werkzaamheden bij de minister van Veiligheid en Justitie te informeren naar het beoogde tijdpad van parlementaire behandeling van het wijzigingsvoorstel van de Wet regulering prostitutie en bestrijding misstanden seksbranche.
De minister van Veiligheid en Justitie heeft bij brief van 10 april 2015 aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal medegedeeld dat het zijn streven is om de nota naar aanleiding van het verslag voor de zomer (2015) aan de Tweede Kamer te zenden.
Aangezien het aan de Tweede Kamer is om vervolgens een datum vast te stellen voor de plenaire behandeling en over het voorstel te besluiten, kan er op dit moment nog geen duidelijkheid worden gegeven over het verdere tijdpad van verdere be- en afhandeling van dit wetsvoorstel.
Dit handboek laat derhalve nog op zich wachten.